Bliksemstart voor AI House Amsterdam
In dit artikel:
AI House Amsterdam, een initiatief van tech-investeerder Prosus op de Zuidas, begon in korte tijd uitbundig: in de eerste veertien dagen vonden twee à drie grote ai-evenementen per week plaats en kwamen duizend bezoekers langs. Prosus wil met dit open huis – toegankelijk voor startups, onderzoekers, bedrijven en individuele geïnteresseerden, ook zonder zakelijke banden met Prosus – een levendige innovatiehub creëren vergelijkbaar met het ecosysteem in Silicon Valley. Tijdens de officiële opening zei ceo Fabricio Bloisi: “Mijn droom is om dagelijks 250 mensen te ontvangen.” Door de grote belangstelling is uitbreiding naar plek voor duizend personen al wenselijk.
Het AI House fungeert als ontmoetingsplek voor kennisuitwisseling: van korte managementprogramma’s voor ceo’s tot gezamenlijke projecten tussen grote techspelers als Booking.com en Adyen, universiteiten, mkb, zorginstellingen en overheden. De gedachte is dat snelle onderlinge uitwisseling adoptie en implementatie van ai aanzienlijk kan versnellen. Prosus ziet zichzelf als magneet om talent en initiatieven in Amsterdam bijeen te brengen en zo een groot, samenhangend ecosysteem op te bouwen.
Feiten over talent en positie: Nederland herbergt volgens het rapport ‘State of AI in The Netherlands’ ongeveer 8% van het Europese ai-talent, terwijl het land slechts 2,4% van de Europese bevolking uitmaakt. Een derde van dat talent zit in Amsterdam; met circa 7.000 professionals staat de stad op de vijfde plaats onder Europese ai-centra. Tegelijk wordt opgemerkt dat er in Amsterdam nog geen softwarebedrijf met meer dan 3 miljard dollar omzet is — een ontbrekende katalysator die volgens panelleden de groeidynamiek zou versterken. JetBrains komt het dichtst in de buurt met ruim een miljard omzet, maar is nog te klein om het ecosysteem volledig op gang te brengen.
Beleidsmakers en ondernemers waarschuwen dat Nederland op adoptiegebied achterblijft. Michiel Boots (directeur-generaal EZ) wijst op vijftig actieplannen van de overheid, maar vindt dat politieke en maatschappelijke urgentie ontbreekt; aanhoudende scepsis en conservatisme belemmeren toepassing. Ook financiering laat te wensen over: pensioenfondsen beschikken over grote kapitalen, maar investeren relatief weinig in Europese of Nederlandse tech-startups, waardoor schaalvoordelen moeilijk te bereiken zijn. Jelle Prins (Cradle.bio) noemt dit allocatieprobleem een obstakel, ook voor beloftevolle bedrijven die als potentiële unicorns gelden.
Internationaal perspectief levert nuance: JetBrains verplaatste een lab naar Amsterdam en prijst de open, tolerante sfeer van de stad; investeerder Nal Kalchbrenner (o.a. DeepMind-achtergrond) denkt dat Europa kan meekomen als regulering minder beperkend wordt en adoptie versnelt. Euro Beinat van Prosus benadrukt dat de huidige ai-technologie al jaren innovatie mogelijk maakt en dat platformdata (bijvoorbeeld bestelpatronen) waardevolle inzichten opleveren die breder toepasbaar zijn in e‑commerce en consumentbegrip.
Kort samengevat: AI House Amsterdam legt de basis voor een bruisend ai-ecosysteem in de hoofdstad, maar echte doorbraak vereist grotere thuisbasisbedrijven, gerichte kapitaaltoewijzing en een bredere maatschappelijke en beleidsmatige sense of urgency om adoptie en schaal te stimuleren.