Digitale Denen wijzen de weg

dinsdag, 14 oktober 2025 (07:17) - Computable

In dit artikel:

De Noordse landen lopen in Europa voorop op digitale innovatie, autonomie en overheidsdigitalisering; Denemarken springt eruit als voorbeeldland. Lidstaten moesten aan de Europese Commissie nationale routekaarten indienen om de doelstellingen van het digitale decennium 2030 te halen. Een vergelijking van die roadmaps laat zien dat Denemarken, Zweden en Finland het sterkst scoren, met Nederland kort daarachter.

Wat Denemarken onderscheidt
- Denemarken heeft recentelijk het ministerie van Digitale Zaken en steden als Kopenhagen en Aarhus laten overstappen van Microsoft 365 naar open source-productiviteitstools (LibreOffice). Volgens digitaliseringsminister Caroline Stage gebeurt dat vooral vanuit het streven naar digitale autonomie, niet alleen vanwege kosten. Tegelijkertijd zijn de uitgaven aan Microsoft-software in Kopenhagen tussen 2018 en 2023 flink opgelopen, wat de keuze deels heeft beïnvloed.
- Het Deense digitale stelsel omvat MitID: een breed inzetbaar, modern authenticatiesysteem dat burgers toegang geeft tot publieke en private diensten (bankzaken, belasting, zorg, schoolinschrijvingen). MitID is technologisch uitgebreider dan het Nederlandse DigiD, dat eenvoudiger maar beperkter is en nog in transitie naar Europese standaarden verkeert.
- Cruciaal voor Denemarken is hoog burgersvertrouwen in de overheid (circa 77%), wat adoptie van digitale diensten vergemakkelijkt.
- Denemarken heeft een roadmap met 67 maatregelen en meer dan 1 miljard euro budget (ongeveer 0,25% van het BBP), gericht op infrastructuur, digitale vaardigheden, innovatie en het verkleinen van verschillen tussen grote en kleine bedrijven. De aanpak is technologisch én mensgericht, met aandacht voor inclusie en toegankelijkheid.

Nederland: sterke fundamenten, maar tekorten bij private investeringen
- Nederland heeft een robuuste digitale infrastructuur (goede breedband en 5G) en relatief sterke digitale vaardigheden; in 2024 had 6,9% van de beroepsbevolking een ict‑baan, boven het EU‑gemiddelde. Op papier bevat de Nederlandse roadmap 59 maatregelen met een totaalbudget van circa €5,25 miljard (ongeveer 0,46% van het BBP), grotendeels publiek gefinancierd.
- Tegelijkertijd zijn er duidelijke pijnpunten: Nederlandse bedrijven investeren relatief weinig in R&D vergeleken met Duitsland en België, en ruim onder koplopers als Zuid‑Korea en de VS. Nederland scoort rond 2,23–2,3% van het BBP aan R&D-uitgaven, terwijl landen als Zuid‑Korea ruim 4% investeren. Grote spelers zoals ASML investeren wel veel, maar Nederland heeft geen bedrijven in de top 50 van wereldwijde private R&D‑investeerders.
- Het mkb kampt met regeldruk, financieringsproblemen en moeite met de implementatie van opkomende technologieën (AI, quantum, fotonica, waterstof). Innovatiehubs zoals Strijp‑S en Leiden Bio Science Park tonen potentie maar missen soms scherpe profilering en sterke koppeling tussen kennisinstellingen en bedrijven.
- Hoewel de Nederlandse overheid sinds 2020 het “open, tenzij”-principe hanteert en voorbeelden als OpenZaak, NLX en Common Ground bestaan, gaat dat vooral over infrastructuur en minder over productiviteitstools.

Politieke en beleidsmatige onzekerheden
- Het vertrouwen van Nederlanders in de overheid is in 2025 verder gezakt; volgens het SCP geeft nog maar ongeveer de helft de regering of Tweede Kamer een voldoende, met name onder hoger opgeleiden een daling. Die vertrouwenskloof raakt ook de bereidheid van bedrijven en burgers om in digitale transities te stappen.
- De actualisering van de Nederlandse digitaliseringsstrategie werd voorbereid door staatssecretaris Zsolt Szabó, maar de val van het kabinet heeft de voortgang onduidelijk gemaakt, wat de uitvoerbaarheid van plannen kan belemmeren.

Kortom: Nederland beschikt over een sterk digitaal fundament en flinke publieke ambities, maar loopt risico’s door lage private R&D‑investeringen, beperkte durfkapitaalmarkt en wisselende beleidszekerheid. Denemarken laat zien dat brede publieke adoptie, vertrouwen en een expliciet streven naar digitale autonomie samen een snellere transitie naar open, inclusieve digitale diensten kunnen opleveren. Voor Nederland ligt de uitdaging in het sneller mobiliseren van private investeringen, het beter verbinden van innovatie-ecosystemen en het verduidelijken van langetermijnbeleid.