Hybride cloud: belofte of valkuil?
In dit artikel:
Pieter de Haer (Portfoliomanager bij Previder) betoogt dat een hybride cloudmix — hyperscale-clouds, private clouds en een Nederlandse publieke cloud — grote voordelen kan bieden: dynamische verplaatsing van workloads, schaalbaarheid waar nodig, controle over gevoelige data en een robuuster fundament voor continuïteit en disaster recovery. Vooral in Nederland en Europa groeit de behoefte aan digitale soevereiniteit: minder afhankelijkheid van Amerikaanse hyperscalers en meer vertrouwen in lokale leveranciers en jurisdictie.
Tegelijk waarschuwt hij voor de praktijkproblemen. Het tegelijk beheren van drie verschillende omgevingen verhoogt architecturale complexiteit en vereist gespecialiseerde kennis en geavanceerde tooling. Kosten lopen snel op door licenties, dataverkeer en integratie-uitgaven. Beveiliging en compliance uniform houden over gespreide omgevingen blijft een lastige opgave. Ironisch genoeg kan een strategie die keuzevrijheid wil vergroten alsnog leiden tot sterkere afhankelijkheid van bepaalde leveranciers (vendor lock-in).
Voor IT-managers betekent dit dat de keuze voor hybride cloud niet puur technisch is, maar ook organisatorisch en geopolitiek. Er is een systematische analyse nodig van welke workloads waar thuishoren, investeringen in integratieplatforms en governance, en het borgen van security en compliance vanaf ontwerp. Praktische maatregelen omvatten het toepassen van open standaarden, ontwerpen voor multi-cloud compatibiliteit en scherp monitoren van kosten en afhankelijkheden.
De Haer stelt dat succes vraagt om visie en durf: alleen met consequente uitvoering kan hybride cloud meer worden dan een modewoord en uitgroeien tot een wendbare, soevereine IT-basis. Ter verdieping nodigt hij IT-verantwoordelijken uit om tijdens Continuity’25 verder te discussiëren over werkwijzen om hybride cloud werkbaar, veilig en kostenbewust te maken.