Nederlandse Digitaliseringsstrategie: samen doen
In dit artikel:
Eddie van Marum, sinds 2 juli 2024 demissionair staatssecretaris bij BZK met onder meer digitaliseringsportefeuille, presenteert de Nederlandse Digitaliseringsstrategie (NDS) als een koerswijziging: digitalisering moet zich richten op mensen en publieke dienstverlening, niet op losse technische systemen. Voor hem zijn digitale diensten een basisvoorziening geworden — vergelijkbaar met energie of water — en dat vereist zowel betere dienstverlening als betere bescherming tegen storingen en aanvallen in een onzekere geopolitieke context.
De NDS beoogt intensieve samenwerking tussen alle bestuurslagen (rijk, provincies, gemeenten, waterschappen) om versnippering te doorbreken. Centraal staan afspraken over interoperabiliteit, overheidsbrede standaarden (denk aan één manier van inloggen en gegevensuitwisseling) en een gezamenlijke investeringsagenda. Een programmateam van BZK moet met uitvoeringsorganisaties en publieke dienstverleners prioriteiten vaststellen; de NDS-Raad van externe experts fungeert daarbij als aanjager en adviseur.
Voor burgers en bedrijven betekent de strategie concreetere, snellere en veiligere digitale dienstverlening: minder loketwisselingen, minder fouten en één toegankelijke ingang (zoals Overheid.nl) voor informatie en diensten. Ook de inzet van digitale assistenten wordt verantwoord vormgegeven; voorbeelden zijn lokale pilots als de OmgevingsChat in Leeuwarden en chatbot Guus in Goes.
Veerkracht en veiligheid vormen een kernpunt. De huidige fragmentatie — ieder orgaan met eigen systemen en clouds — vergroot kwetsbaarheid; gezamenlijke architectuur maakt het makkelijker om systemen te verdedigen en sneller te herstellen bij incidenten. Naast technische maatregelen wil Van Marum ook noodplannen en back-ups voor cruciale processen regelen.
Financiering is een knelpunt: structurele middelen zijn nodig voor zowel kortetermijnmaatregelen als het bouwen aan een duurzaam fundament. Van Marum pleit voor een substantieel budget en gezamenlijke investeringen publiek-privaat en mogelijk Europees. Hij noemt zelfs de idee om te onderzoeken of een deel van bredere defensie-investeringen kan bijdragen aan digitale weerbaarheid. Ook streeft hij naar minder afhankelijkheid van grote Amerikaanse cloudleveranciers en onderzoekt de overheid de opbouw van een soevereine cloud voor gevoelige data en processen.
De NDS werd op 4 juli aan de Tweede Kamer gestuurd en moet samen met andere strategieën (Digitale Economie, Digitale Transformatie Defensie, NLCS) het fundament vormen van het Nederlandse digitaliseringsbeleid. Van Marum benadrukt dat dit dossier verder door moet lopen, ook in een demissionair kabinet, en suggereert dat digitalisering op termijn een vaste plaats in de ministerraad verdient — mogelijk zelfs als eigen ministeriële portefeuille. Daarnaast juicht hij regionale initiatieven als de ai-fabriek in Groningen toe: een investering van circa €200 mln die innovatie, werkgelegenheid en herstel in de regio moet stimuleren.