Nexperia-gate legt zenuw tussen China en Nederland bloot
In dit artikel:
De handelsorganisatie voor Chinese bedrijven in Europa (CCCEU) spreekt van ‘economisch banditisme’ en ziet de Nederlandse ingrepen bij chipfabrikant Nexperia als ingegeven door geopolitieke overwegingen. De zaak staat juristen in Nederland mateloos bezig omdat zowel de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam als het kabinet ingrepen deden die ongebruikelijk en ingrijpend zijn.
Recent schorste de Ondernemingskamer Zhang Xuezheng (bijnaam “Wing”), de Chinese eigenaar en ceo van Nexperia, vanwege ernstige governancezorgen. De rechter vond dat het voortbestaan van de Europese Nexperia-fabrieken — onder meer de productielocatie in Nijmegen die wafers levert aan auto-, defensie- en elektronicasectoren — in gevaar kwam. Wing zou productiecapaciteit, kapitaal en intellectueel eigendom naar China overhevelen en met opschoning van tegenstanders binnen het bedrijf zijn greep hebben vergroot; vlak voor de ingreep had hij meerdere bestuurders ontslagen. De urgentie was zo groot dat de Ondernemingskamer binnen uren besloot, zonder voorafgaand hoor en wederhoor, iets wat juridische specialisten als uitzonderlijk en problematisch bestempelen.
Parallel daartoe maakte minister Vincent Karremans van Economische Zaken gebruik van een zelden toegepaste wet uit 1952 om binnen een jaar beslissingen binnen Nexperia te kunnen blokkeren of terugdraaien die Nederland zouden schaden. Jurist Onno Hennis (AMS Advocaten) noemt dit uniek: voor het eerst wordt die oude bevoegdheid ingezet in de moderne techcontext. De minister benadrukt dat zijn maatregel losstaat van de rechterlijke stappen; enkele bestuurders van Nexperia zelf hadden de enquêteprocedure bij de Ondernemingskamer in gang gezet.
De procedure gaat verder: een aangewezen onderzoeker rapporteert vertrouwelijk aan de betrokken partijen; op basis daarvan kan de Ondernemingskamer in een tweede fase vaststellen of er sprake is geweest van wanbeleid en mogelijk definitieve maatregelen nemen, zoals het ontslag van bestuurders. Wat zij niet kan afdwingen is dat de Chinese moedermaatschappij Wingtech haar aandelen verkoopt.
De affaire roept bredere thema’s op: belangenverstrengeling, het risico op uitlekken van industriële kennis, het veiligstellen van strategische leveringsketens en de diplomatieke en investeringsrechtelijke implicaties voor Nederland-Chinaverhoudingen. Betrokken ondernemers reageerden fel: waar één eerder verwijderd bestuurder boos reageerde, spreekt Wing nu van discriminatie en geopolitieke motieven. De beslissingen van rechter en kabinet laten duidelijk zien dat maatschappelijke en veiligheidsbelangen zwaar kunnen wegen bij ingrijpen in bedrijfsvoering.